Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij laat mij niet toe [31]mijn adem te verhalen, maar Hij verzadigt mij met [32]bitterheden. 31. Hebreeuws, mijn geest weder te brengen; dat is, enig respijt of verlichting te hebben, maar Hij houdt doorgaans aan om mij met deze plagen op te vullen en gelijk te verstrikken. Vergelijk boven, hfdst.7 vs.4, geest voor adem. Alzo onder, hfdst.19 vs.17. 32. Dat is, droevige plagen. Vergelijk 2 Kon.4:27.